Kernafval en kernenergie in 20 argumenten

Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu zou in 2016 een klankbordgroep instellen om mogelijke opslagplaatsen voor kernafval te zoeken. Dat had ze in juni 2016 beloofd aan de Europese Commissie. Op 12 december 2016 bleek dat de minister haar belofte niet waar kan maken. De klankbordgroep komt wel, maar in 2017. De discussie over opslag in zoutkoepels of kleilagen zal vervolgens weer op gang komen. Volgens regeringscommissies zouden zeven zoutkoepels in aanmerking komen voor opberging van radioactief afval: Ternaard in Friesland, Pieterburen en Onstwedde in Groningen, Schoonloo in Drenthe en de minder zekere zoutkoepels Gasselte-Drouwen, Hooghalen en Anloo in Drenthe. Daarnaast zouden volgens TNO kleilagen in het zuidwesten van Friesland geschikt zijn. De discussie over opslag in zoutkoepels of kleilagen zal daardoor weer op gang komen. Hoewel er geen oplossing is voor het kernafval wordt er wel weer nagedacht over nieuwe kerncentrales. Een voorbeeld. Op 9 december 2016 stelde dat minister Kamp van Economische Zaken de bouw van een nieuwe kerncentrale niet uit te sluiten.
Dat zijn goede redenen om 20 argumenten over kernenergie te bespreken.

1. Kernenergie heeft maar een klein aandeel in de energievoorziening. In Nederland gaat het om 1% en wereldwijd om – afhankelijk van de definitie – 1,9% of 4,4% van de gebruikte energie.

2. De kerncentrale Dodewaard kwam in maart 1969 in bedrijf. De kerncentrale Borssele volgde in oktober 1973. Destijds waren er omvangrijke bouwplannen. In 1972 wilde de regering 35 grote kerncentrales bouwen. Dit komt overeen met 70 keer het vermogen van de kerncentrale Borssele. Deze plannen zijn niet gerealiseerd. De kerncentrale Dodewaard ging in 1997 dicht. In 2013 heeft de regering besloten dat de kerncentrale Borssele tot eind 2033 in bedrijf mag blijven.

3. De Europese Unie wil een plan voor opslag van kernafval. De Nederlandse regering bereidde zo’n plan voor, maar zocht geen draagvlak bij betrokkenen. Wel komt er in 2017 een klankbordgroep die op zoek gaat naar opslagplaatsen. Daardoor komt de definitieve berging in de Noordelijke zoutkoepels en kleilagen weer in beeld. De Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA) is eigendom van de staat en verantwoordelijk voor de opslag van kernafval in Nederland. De COVRA wil opslag in de ondergrond vanaf 2130 (over 114 jaar) en vraagt zich niet af of het verantwoord is om door te gaan met kernenergie. Maar mogen we wel kernafval maken, zolang er geen oplossing voor het kernafvalprobleem is?

4. Er is niet genoeg geld opzij gelegd om de opslag van radioactief afval te kunnen betalen uit het zogeheten Waarborgfonds Eindberging. In dit fonds zit 68 miljoen euro terwijl 2 miljard euro nodig is. Daarmee is opslag van radioactief afval niet alleen een veiligheidsrisico, maar ook een financieel risico geworden. De regering schuift dit risico door naar toekomstige generaties.

5. In Nederland horen we regelmatig dat het kernafvalprobleem in het buitenland is opgelost. Maar dat blijkt niet zo te zijn. Nergens ter wereld is een ondergrondse opslagplaats voor warmte-producerend hoogradioactief afval in bedrijf.

6. De veiligheid van de opslag valt niet te bewijzen. Er worden rekenmodellen gebruikt om de veiligheid op lange termijn uit te rekenen. Maar dergelijke rekenmodellen zijn onbetrouwbaar. De uitkomsten hangen af van het gebruikte model en van de persoonlijke inzichten van de makers van het model, terwijl fundamentele kennis veelal ontbreekt.

7. Regelmatig benadrukken voorstanders van kernenergie dat het maar om kleine hoeveelheden radioactief afval gaat. Maar bij het ongeluk in Tsjernobyl in 1986 kwam slechts 50 kilo van de radioactieve stoffen cesium, strontium en plutonium vrij. Toch betekent die 50 kilo dat omvangrijke gebieden 300 jaar lang onbewoonbaar zijn. Een kleine hoeveelheid kernafval kan dus grote gevolgen hebben en is geen argument om te doen alsof dit afval een te verwaarlozen probleem is.

8. Wereldwijd zijn er drie plaatsen waar in zoutmijnen radioactief afval is opgeborgen. Bij alle drie zijn grote problemen. Bij de Duitse zoutkoepels in Asse en Morsleben lekken de vaten en kost het de belastingbetaler 7,4 miljard euro om er wat aan te doen. Bij de opslagmijn in een zoutlaag in de Verenigde Staten is plutonium ontsnapt. De geplande opslag in de Duitse zoutkoepel in Gorleben, waarvoor al 1,5 miljard euro is uitgegeven, gaat zeer waarschijnlijk niet door.

9. Al vanaf de jaren zeventig doen voorstanders van kernenergie het voorkomen of de techniek van verkorting van de gevaarperiode van kernafval (ook wel levensduurverkorting genoemd) al bestaat of binnenkort verkrijgbaar zal zijn. Maar niets is minder waar. En als deze technologie ooit toepasbaar wordt, gaat die niet op voor het kernafval van de kerncentrale Borssele, dus voor het probleem dat er nu al is.

10. We lezen regelmatig dat snelle kweekreactoren de hoeveelheid kernafval zouden verminderen. Dat is echter een illusie, temeer daar wereldwijd nauwelijks kweekreactoren in bedrijf zijn. Ook zijn dan speciale opwerkingsfabrieken nodig, die niet gebouwd worden. De bestaande opwerkingsfabrieken sluiten en hebben te kampen met onregelmatigheden.

11. Toekomstige generaties kunnen te maken krijgen met de gevaren van definitieve berging van radioactief afval in de diepe ondergrond. Het is onze verantwoordelijkheid om ook in de toekomst mensen van de bergingsplaatsen weg te houden. Men moet voorkomen dat kennis wordt vergeten of vernietigd. Men moet toekomstige generaties waarschuwen, maar hoe dat moet is onbekend.

12. We horen vaak dat we hypocriet zijn omdat we geen kerncentrales willen, maar wel kernstroom uit Frankrijk importeren. Maar Nederland exporteert veel meer energie in de vorm van aardgas dan we importeren aan atoomstroom.

13. De industriële capaciteit en de beschikbaarheid van gekwalificeerd personeel zullen een belemmering vormen voor de bouw van nieuwe kerncentrales, zelfs al zouden bedrijven veel nieuwe kerncentrales willen bouwen.

14. De voorraad uranium is beperkt en ook daardoor is kernenergie geen oplossing voor het broeikaseffect. Als de verwachting van eind jaren zeventig van het Internationaal Atoom Energie Agentschap (IAEA) voor het aantal kerncentrales in het jaar 2000 zou zijn uitgekomen, zouden de bewezen en geschatte voorraden uranium nu al op zijn.

15. Niet alle uranium komt uit politiek stabiele gebieden, zoals we vaak horen beweren. Nederland haalt uranium voor de kerncentrale Borssele uit Kazachstan. Daar heerst een dictatuur en dat lijkt ons geen politiek stabiel land.

16. In de kerncentrale Borssele zijn 426 bedrijfsstoringen geweest. In deze kerncentrale zijn steeds opnieuw problemen met noodstroomvoorzieningen en dieselaggregaten: in 1981, 1984, 1986, 1987, 1989, 2006, 2010, 2011, 2013, 2014 en 2015. Dat de noodstroomvoorziening en de dieselaggregaten niet werkten, kwam niet alleen in Fukushima, maar ook in Borssele voor.

17. Kerncentrales blijven een veiligheidsrisico. In Finland en Frankrijk wordt nu de European Pressurizedwater Reactor (EPR) gebouwd, hét voorbeeld van een moderne kerncentrale. Bij een ernstig ongeval met de EPR moet echter een gebied van 5600 vierkante kilometer geëvacueerd worden. De Nederlandse regering hanteert het zogeheten waarborgingsbeleid voor de vestiging van een nieuwe kerncentrale bij de Eemshaven, de Maasvlakte en Borssele. Dit komt erop neer dat de regering wil voorkomen dat vooral binnen een straal van vijf kilometer nieuwe fabrieken met veel werknemers of grote wooncomplexen (bijvoorbeeld seniorenflats) of recreatiegebieden worden aangelegd.

18. Wie de kleine lettertjes van de schadeverzekering bestudeert, leest dat schade door kernenergie niet gedekt wordt. Dit is niet toevallig. De verzekeringsmaatschappijen weigeren namelijk de schade te dekken die mensen kunnen oplopen door een ongeluk met een kerncentrale. Blijkbaar vinden ze kernenergie een te groot risico en te onveilig.

19. Kerncentrales zijn duurder dan gedacht. In de Verenigde Staten zouden zonder subsidies van de overheid de meeste van de 100 kerncentrales in het land niet gebouwd zijn; de nieuwe kerncentrales in aanbouw krijgen overheidssubsidie. Finland bouwt de EPR-kerncentrale Olkiluoto-3. De bouwer, het Franse bedrijf Areva, heeft de centrale voor 3 miljard verkocht. Maar Areva leidt er een verlies op van minstens 3,9 miljard euro, omdat de bouw 8,5 miljard euro kost. De kerncentrale Borssele lijdt zoveel verlies dat faillissement dreigt.

20. Kerncentrale op thorium en kernfusie geen oplossing. Het duurt nog zeker tot 2050 (als het al ooit gebeurt) voordat zowel de thorium- als de kernfusiereactor op de markt te koop zijn en – zo Nederland dat zou willen – een alternatief kunnen zijn voor aardgas. Maar er zijn nu al alternatieven beschikbaar als zonne- en windenergie. Die moeten we benutten in plaats van jaren te wachten op thoriumcentrales of kernfusiereactoren.

Basiskennis kernafval en kernenergie in 20 argumenten
Geschreven door Herman Damveld, zelfstandig onderzoeker en publicist te Groningen.
December 2016

Tot zover de samenvatting van “Basiskennis kernafval en kernenergie in 20 argumenten”. Benieuwd naar het hele verhaal, inclusief alle bronvermeldingen? Lees dan de volledige tekst hier.

Auteur: Herman Damveld

Herman Damveld woont in Groningen en is zelfstandig onderzoeker en publicist over energie. Vanaf 1976 houdt hij zich bezig met plannen voor ondergrondse opslag van kernafval. Hij heeft daar veel over gepubliceerd. In 1996 kwam hij ook rapporten tegen over ondergrondse opslag van CO2 en ziet veel overeenkomsten tussen hoe de overheden omgaan met kernafval en met CO2. De zonnepanelen van Damveld maken meer stroom dan hij gebruikt en hij is dus stroomproducent.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.